5.1.3 Financiële gevolgen onderhoud wegen en vaarwegen
De middelen voor beheer en onderhoud zijn opgenomen in het Meerjarenprogramma Beheer en Onderhoud provinciale infrastructuur 2021-2024. Het betreft de volgende productgroepen:
- 2101 t.b.v. onderhoud en beheer van wegen en fietspaden;
- 2102 t.b.v. verkeersmanagement;
- 2201 t.b.v. onderhoud en beheer van vaarwegen;
- 2202 t.b.v. kunstwerken provinciale vaarwegen.
Tabel 14. Begrote lasten per jaar
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | |
Wegen | ||||||
2101 Wegen en fietspaden | 9.222 | 9.378 | 10.280 | 9.320 | 9.527 | 9.527 |
2102 Verkeersmanagement | 1.066 | 1.315 | 1.249 | 1.274 | 1.300 | 1.300 |
Waterwegen | ||||||
2201 Onderhoud en beheer vaarwegen | 177 | 450 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2202 Kunstwerken vaarwegen | 2.624 | 3.046 | 2.483 | 2.533 | 2.584 | 2.584 |
(bedragen x € 1.000)
NB. In bovenstaande cijfers hebben wij alleen de directe onderhoudsbudgetten meegenomen. De aan deze onderdelen toe te rekenen apparaatskosten en afschrijvingen hebben wij hier buiten beschouwing gelaten. Voor een totaalbeeld van de lasten inclusief apparaatskosten en rentekosten verwijzen wij naar het programma 4. Bereikbaarheid in deel 2 van deze begroting.
De reconstructie en verbetering van bestaande infrastructuur en de vervanging van kunstwerken vindt plaats in het kader van het programma Mobiliteit. De middelen hiervoor zijn opgenomen in de volgende productgroepen:
- 2100 t.b.v. (re)constructie van wegen en fietspaden;
- 2200 t.b.v. (re)constructie waterwegen.
Veelal wordt een bijdrage geleverd vanuit het budget voor onderhoud.